Info & tips voor een tiptop gebit
Lotte van der Raad is naast vakkundig dierenarts ook onze specialist tandheelkunde. In februari gaf ze tijdens de ‘Maand van het Gebit’ tips over het gebit op social media. Maar eigenlijk verdient het gebit ook de rest van het jaar aandacht. Gebitsproblemen bij honden en katten komen namelijk veel vaker voor dan je denkt. Lotte zet daarom wat informatie & tips op een rij.
PARODONTITIS
Lotte: “Ruikt het gebit van jouw dier niet zo fris en/of zie je rood tandvlees dat snel gaat bloeden. Mogelijk heeft jouw huisdier last van parodontitis. Dit is een veel voorkomende aandoening bij honden en katten. Het kan voorkomen worden met tandenpoetsen (zie hieronder). Hoe eerder je erbij bent, hoe beter we het kunnen behandelen.
Wat is Parodontitis? Parodontitis begint met een ontsteking van het tandvlees, maar kan uitlopen op het verlies van tanden. Dit hele proces veroorzaakt pijn en is een risico voor de gezondheid van het dier. De bacteriën in het tandplak kruipen tussen de tanden en het tandvlees. Het lichaam van het dier reageert hierop met een afweerreactie, de ontsteking. Maar de bacteriën kunnen zich via de bloedbaan verplaatsen en ziekte van hart, lever en nieren veroorzaken.
Hoe herken je Parodontitis? Een eerste kenmerk is rood en snel bloedend tandvlees. In een later stadium zien we teruggetrokken tandvlees, blootliggende wortels en verlies van tanden.
Hoe kun je Parodontitis voorkomen? Het tandplak ontstaat na 24 uur. Door elke dag de tanden te poetsen kan er voorkomen worden dat er een biofilm (speeksel, bacteriën) ontstaat, die zich gaat vasthechten aan de tanden. Na een tijdje kan tandplak overgaan in tandsteen. Maar tandsteen is niet de boosdoener. Dat is het minder goed zichtbare tandplak. Tijdens de jaarlijkse gezondheidscontrole of een extra gebitscontrole zullen we u hierover adviseren.
Behandeling? De behandeling hangt af van de fase van de aandoening. Als we er op tijd bij zijn, is een gebitsreiniging voldoende. Daarna kun je het gebit gezond houden door middel van tandenpoetsen. In een later stadium kan het nodig zijn dat we tanden moeten verwijderen. Met behulp van dentale röntgen kunnen we zien of tanden verwijderd moeten worden.
TANDENPOETSEN
Veel mensen weten niet dat ook honden- en kattengebitten elke dag een poetsbeurt kunnen gebruiken. Waarom?
– Frisse adem.
– Voorkomen van gebitsaandoeningen met als gevolg: pijn en verlies tanden.
– Door verspreiding van bacteriën van de tanden naar de bloedbaan kunnen ernstige ziektes ontstaan aan nieren, lever en hart.
– Voorkomen/uitstellen van gebitsbehandelingen.
Poetsadvies:
– Begin het liefst op jonge leeftijd, maar het is nooit te laat om ermee te beginnen.
– Gebruik geen mensentandpasta (ivm fluoride). Gewoon water is goed genoeg.
– Het gaat om de wrijving langs de buitenzijden en de overgang van tand naar tandvlees. De binnenzijde wordt al goed bijgehouden door de tong.
– Je mag na het tandenpoetsen gerust een beloning geven.
Hap-slik-weg kauwsticks zijn geen vervanging voor tandenpoetsen. Deze bevatten veel calorieën. Een wortel is een goed alternatief en zorgt voor lang kauwplezier.
RESORPTIELETSELS
Ook katten kunnen gaatjes hebben, maar dan anders… Gaatjes in de tanden van honden of katten noemen we resorptieletsels. Dit is iets anders dan cariës bij mensen. Door een nog onbekende reden lossen de tanden voor een deel op. Doordat er zenuwen in de tand bloot komen te liggen, is dit een pijnlijke aandoening.
Hoe herken je het? Met het blote oog is deze aandoening in het beginstadium niet altijd goed te herkennen. Wel zou je in deze fase kunnen merken dat een dier moeite krijgt met eten, zich minder goed wast, een algemeen oncomfortabele indruk maakt zonder dat daar een duidelijk verklaring voor is. In een verder stadium zien we roodheid ter hoogte van het tandvlees en soms letterlijk gaatjes in de tanden. Ook kunnen dieren in deze fase plotseling een deel van een tand verliezen.
Hoe kun je het voorkomen? Doordat we de oorzaak van resorptieletsels nog niet weten, is dit moeilijk. Het lijkt deels een genetische oorsprong te hebben. We zien het bijvoorbeeld vaker bij bepaalde rassen. We weten ook dat parodontitis (ontstekingen van het tandvlees ten gevolge van tandplak) een rol spelen in het proces. Daarom kan een goede verzorging van het gebit helpen het proces te vertragen.
Behandeling De behandeling hangt af van de fase en het type van de aandoening. Bij type I resorptieletsels zijn er ontstekingen van het tandvlees en is de kroon van de tand aangetast. Dit is een pijnlijk proces en moet behandeld worden. De enige mogelijke behandeling is het verwijderen van de aangetaste tand. Bij type II resorptieletsels wordt de wortel langzaam aan vervangen door het bot in de kaak. Dit is niet pijnlijk en hoeft niet behandeld te worden. Een combinatie van type I en type II letsels noemen we type III en ook deze tanden moeten behandeld worden door middel van extractie. Met behulp van dentale röntgen kunnen we precies zien welk type resorptieletsel er aanwezig is.
Prognose Het ontstaan van resorptieletsels is een traag proces. Na een behandeling kunnen we dan ook niet zeggen dat een dier volledig genezen is. We blijven een gebit van een dier met resorptieletsels goed in de gaten houden. En het kan zijn dat er op termijn een vervolgbehandeling nodig is.